“De voorbije 30 jaar ben ik tot de conclusie gekomen dat veel schoonheid schuilgaat in psychische problemen”, zegt Dr. Janos Marton. Voor zijn project The Living Museum in New York kreeg de Hongaars-Amerikaanse dokter de Dr. Guislain Award. 

In The Living Museum kunnen patiënten van de instelling al ruim 30 jaar hun psychische problemen omzetten in uiteenlopende artistieke expressievormen. Ze transformeren van psychiatrische patiënten in artiesten, en worden door de samenleving ook als dusdanig gezien. We hadden de kans kort even te spreken met Dr. Marton.

Is The Living Museum kunst of therapie?
Dr. Marton: In de eerste plaats draait The Living Museum om kunst. Anderzijds zie je wel dat wat we hier doen een enorme impact heeft op het leven van patiënten. Wie met psychische problemen kampt, verliest prompt zijn plek in de samenleving: je bent niet langer journalist, kleermaker of bakker, maar je wordt ‘de ander’. Dankzij het Living Museum krijgen patiënten terug een plek. Ze worden artiesten, mensen komen naar The Living Museum om hun werk te zien. En dat verandert alles.

Hoe ervaart u de omgang met mensen met psychische problemen?
Dr. Marton: De voorbije 30 jaar ben ik tot de conclusie gekomen dat veel schoonheid schuilgaat in psychische problemen. Wie The Living Museum bezoekt, zal het zonder twijfel een haast betoverende plek vinden. Zo open, zo authentiek. Van stigma’s is er absoluut geen sprake.

Elk jaar bekroont Janssen, in samenwerking met het Guislain museum in Gent, iemand die op een bijzondere manier aandacht vraagt voor geestesziekten in de samenleving en zo het taboe helpt doorbreken. “Hoewel de wetenschap enorm vooruit is gegaan, blijven we hangen in de taboesfeer”, vertelt Husseini Manji, wereldwijd hoofd Neurowetenschappen, Janssen. “We eren het werk van Dr. Marton om het stigma te helpen doorbreken en een best practice te creëren voor de behandeling en het herstel van patiënten met een mentale aandoening.”